Gepubliceerd op: 13-10-2021
Kleine eigen huisjes voor jongvolwassenen met LVB, direct naast de boerderij waar 24 uur per dag begeleiding aanwezig is. In de ideale wereld van bestuurder Bert Ramakers en wooncoördinator Yolanda Vanderheijden zouden zij dat op hun Ophovenerhof realiseren. Het duurde vier jaar, maar nu is die ideale wereld bíj́na werkelijkheid. Drie aanstaande bewoners staan te trappelen om hun Tiny Houses te betrekken. “Het is uniek in de VG-sector, we zijn pioniers”, aldus Bert. Hij hoopt dat andere organisaties volgen.
“Nu kunnen we jongvolwassenen een eigen plek bieden, waar ze zelf kunnen ervaren wat ze nodig hebben om zelfstandig te wonen.”
De Ophovenerhof in Sittard is een organisatie met drie kleinschalige woonvormen in een oude carréboerderij, waar de kippen vrij rondscharrelen en de geiten in het naastgelegen weitje staan. Vier jaar geleden is de laatste woning erbij gekomen op de zolderverdieping van de boerderij. “Er waren twaalf kandidaten en vier plekken”, vertelt Yolanda. “We hebben acht mensen moeten teleurstellen en dat was niet leuk. Eén van de afvallers was een jonge meid van begin twintig, de moeder hing bijna huilend aan de telefoon. Het punt was dat het meisje graag echt zelfstandig wilde wonen, ze wilde niet in een woongroep. Tegelijk had ze wel begeleiding nodig. Wat kan je dan bieden?”
Zelfstandigheid met nabijheid
Een aantal weken later zagen Bert en Yolanda tijdens een bijeenkomst over kleinschalige wooninitiatieven foto’s van Tiny Houses. “Yolanda was meteen enthousiast, ik was eerst sceptisch”, vertelt Bert. “We kunnen mensen toch niet zomaar in een huisje zetten? Toen bedachten we: Als de huisjes in de tuin staan die grenst aan de boerderij, dan kunnen ze zelfstandig wonen met begeleiding van ons in de buurt, 24 uur per dag. Dat is uniek. Zo is het ontstaan. Nu kunnen we jongvolwassenen een eigen plek bieden, waar ze zelf kunnen ervaren wat ze nodig hebben om zelfstandig te wonen, met veel nabijheid van begeleiding.”
‘Zelfstandig wonen met begeleiding van ons in de buurt, 24 uur per dag. Dat is uniek.’
Voor het zover was, stroomde nog heel wat water door de Maas. Bert: “We hebben eerst een projectgroep en twee werkgroepen opgezet. De projectgroep is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van het plan van aanpak voor de Tiny Houses. Daarvoor hebben we informatie opgehaald bij potentiële bewoners, ouders en begeleiders en een businessplan en plan van aanpak gemaakt. Vervolgens was het onze taak om duidelijk te communiceren naar de omgeving en collega’s te informeren en betrekken bij het plan.”
Hardware- en softwaregroep
Naast de projectgroep werd een ‘hardwaregroep’ en een ‘softwaregroep’ geformeerd. De hardwaregroep is voor de zakelijke kant van de Tiny Houses. “In deze groep zit iemand van ons accountantskantoor voor de financiering en mensen die de wegen weten bij de gemeente als het gaat om vergunningen. De leverancier van de Tiny Houses adviseerde over het bouwklaar maken van het terrein en de afwerking. Het mooie is dat de huisjes circulair zijn en zelfvoorzienend in energie. Bovendien worden ze gebouwd door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Mooi dat we ook die aspecten hebben kunnen meenemen in de ontwikkeling van de huisjes.”
‘Circulair, zelfvoorzienend en gebouwd door mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. Mooi dat we ook die aspecten hebben kunnen meenemen.’
De softwaregroep is verantwoordelijk voor de zorginhoudelijke kant. Yolanda neemt als wooncoördinator deel aan deze groep. “Om een duidelijk bewonersprofiel op te zetten zijn we eerst gaan praten met ouders en potentiële bewoners over hun behoeften en verwachtingen. Met hen hebben we de vijf stappen van de tiny-housebewoner bedacht en daar een praatplaat van gemaakt. Vervolgens hebben we ruim tachtig deelnemers van onze dagbesteding een brief geschreven over ons plan. Daarop zijn twaalf reacties gekomen van zeer geïnteresseerde ouders en hun kind. Sommigen bedankten later toch, omdat ze hun kind te jong vonden of omdat hij/zij het te spannend vond. Het is zo nieuw dat niet iedereen het aandurft. Uiteindelijk zijn drie deelnemers over die wij zeer geschikt vinden en die wij binnen onze organisatie goed kunnen begeleiden.”
Prachtige stap richting eigen leven
De drie nieuwe bewoners zijn twee jongvolwassenen en een volwassene van in de veertig. Hij woonde eerder zelfstandig, maar voelde zich toen alleen. In de woongroep waar hij vervolgens terecht kwam, werd hij weer te veel betutteld naar zijn zin. “In zijn Tiny House hoopt hij de vrijheid terug te krijgen met toch voldoende begeleiding om niet met zichzelf in de knoop te raken. Hij is zo blij, ik zie hem hier iedere dag met een twinkel in zijn ogen. Laatst ging ik weer met hem kijken naar de bouw. Dan komt hij nog net niet huppelend binnen.”
‘Laatst ging ik weer met hem kijken naar de bouw. Dan komt hij nog net niet huppelend binnen.’
De tweede bewoner is een twintiger met een licht verstandelijke en een lichamelijke beperking. “Hij heeft nu een zolderverdieping bij zijn ouders. Een Tiny House is voor hen alledrie een mooie kans. De jongen is druk bezig met het regelen van zijn spulletjes. Hij groeit er echt naar toe. En het meisje dat we eerder moesten teleurstellen, is zo blij. Voor haar is dit een prachtige stap richting haar eigen leven. Dat merk je ook als ze rondloopt. Je ziet haar glunderen als ze naar het weiland kijkt waar de Tiny Houses komen.”
Begeleiden met handen op de rug
“We hopen echt dat het voor deze mensen een mooie plek kan worden”, vervolgt Bert. “Bij veel kamerprojecten moeten bewoners na twee jaar doorstromen. Als bij ons blijkt dat een Tiny House de meest ideale vorm is voor de bewoner, dan hoeft hij of zij niet weg. Ook voor andere organisaties zou het een mooie manier zijn om een doelgroep die tussen wal en schip dreigt te vallen te bedienen. Je hoeft niet te investeren in duur vastgoed, de Tiny Houses zijn relatief makkelijk te plaatsen en weer te verkopen. Je zou zelfs een pool van huisjes kunnen vormen en community’s met gemengde doelgroepen, zoals mensen met LVB, studenten en ouderen. Dat is mijn droom.”
‘Je zou communities met gemengde doelgroepen kunnen vormen, zoals mensen met LVB, studenten en ouderen. Dat is mijn droom.’
Yolanda weet goed wat ze wil. “Het wordt een heel mooie uitdaging. Het is best spannend hoe het gaat lopen. De bewoners hebben veel vrijheid: wij moeten uit de zorgmodus en meer met de handen op de rug begeleiden. Zo kunnen ze groeien in hun zelfstandigheid. Dat is míjn voldoening: te zien dat het goed gaat met een bewoner, dat hij gelukkig is en trots is op zichzelf.”
‘Dat is míjn voldoening: te zien dat een bewoner trots is op zichzelf.’